Deze laatste sneeuwscooter dag begon met spierpijn in elk spiertje in ons lichaam! Na een warme douche om deze spieren even los te maken stond om 07.30 het ontbijt weer op het programma. Vandaag zou de pittigste dag met 250 km terug naar Rovaniemi zijn en we hadden nog geen idee hoe het met de kapotte sneeuwscooter stond. We waren blij verrast toen hij vertelde dat hij om 08.30 een nieuwe scooter op ging halen. Om 09.00 stonden wij daarom paraat buiten Lapland Hotel Sirkantahti en hij kwam zowaar aanrijden. Met -11 reden we zwaar ingepakt (ik had een legging, joggingbroek, snowboardbroek, 3 shirts, 2 vesten, een jas, een bivakmuts en een col aan) richting Rovaniemi.
Het weer was verrot (grauw en sneeuw), maar we hadden een mooi vlak baantje. Om 10.30 gingen we opeens tanken terwijl we dat gister einde dag ook al hadden gedaan. We hoopten op een kopje koffie maar dat was er niet, Thomas bracht ons wederom de mededeling dat we in de supermarkt onze lunch bij elkaar moesten scharrelen want er waren geen restaurants meer onderweg. Pap werd boos omdat hij in eerdere sneeuwscootertrips wel normaal te eten en drinken kreeg en hij dit echt belachelijk vond. Uiteindelijk zei Thomas dat we om 14.00, 50 km van Rovaniemi konden lunchen, dus we verlieten de supermarkt met repen chocolade en cakejes. De afgelopen dagen hebben we elke dag een bevroren lionachtige reep naar binnen gewerkt omdat we niet genoeg te eten kregen.
Met dat compromis trotseerden we de sneeuw weer maar de stemming bij Thomas zat er niet meer in. Waar hij elke dag netjes voor ons reed, reed hij nu gewoon elke keer een halve kilometer verder weg. Opeens waren we bij één van schaarse stops Olof kwijt. Thomas en Paul keerden terug en paps telefoon ging. Olof: “mijn rupsband ligt er af, door de midden gescheurd”. Wij allemaal terug maar veel opties hadden we niet, teruggaan voor een nieuwe scooter zou teveel tijd kosten. We hadden nog 170km te gaan. Thomas belde wat en zat te denken tot wij voorstelden om dat ding naar de weg te slepen en dan samen op een scooter verder te gaan. Vreselijk, maar we hadden geen keuze. Olof begon bij mij achterop en na een tijdje ging ik achterop. We wisselden onderling nog een paar keer van sneeuwscooter want het bleek dat pap al drie dagen met een sneeuwscooter met een kromme stuuras aan het rondrijden was waar hij inmiddels ook aardig mee had gehad, ik quote: “Ik ben het zo zat als gespogen spek”.
Achterop is echt afschuwelijk want je vangt al de hobbels, de wind en de kou, je hebt geen handvat verwarming en je spant je niet in. Paul wilde wisselen maar ik had inmiddels zoveel energie verbruikt door de kou en de honger dat rijden ook geen optie meer was. Mijn handen en voeten waren bevroren en zingend hield mezelf warm. Er kwam geen einde aan die rit, Thomas bleef als een gek vooruit scheuren en pas 35km voor Rovaniemi kwam er een hotel om te eten. Het was echter al 15.15 dus de keuken was dicht. Wie had gedacht dat de Chinese braadworst van vrijdag ons hoogstandje van het weekend zou worden. Gerard had hier het briljante idee om Thomas in Rovaniemi centrum een fijn hotel te laten boeken zodat we niet terug hoefden naar dat hostel in the middle of nowhere. Met een kop koffie en een donut warmden we op en kon ik de laatste 35km weer even knallen met Olof achterop.
Het sneeuwde hard maar we hadden een heerlijk stuk onder elektriciteitskabels. Ik zat er lekker in en genoot van de laatste kilometers, tot Thomas ineens van het pad ging, midden op een berg. Ik ging erachteraan maar dat ging niet zo goed, bovenaan de berg vlogen Olof en ik om. Niks aan de hand, alleen even schrikken doordat die eikel zo’n rare route nam. We waren bijna thuis toen ik bij Gerard achterop ging zodat Olof nog even over het ijsmeer los kon gaan met sjezen en donuts draaien.
Eenmaal terug om 17.00 had Thomas onze tassen naar het Santa hotel laten brengen en leek alles goed. Leek, inderdaad, want Leo’s tas zat er niet bij. Ik ben in bad gegaan om dit hele verhaal te typen terwijl de heren in de bar aan het bier en de snacks zaten, eindelijk voedsel! Toen ik beneden kwam om 18.30 kreeg ik ook een bordje snacks maar de tas van Leo was er nog niet. We hadden met Thomas afgesproken om hier in het hotel te eten, maar net voor we hadden afgesproken belde hij dat hij liever voor een buffet in de stad wilde gaan. Daarop hebben we allemaal in koor geantwoord: “I don’t think so!”.
Om 19.00 stond Thomas hier zonder tas weer als een uil te kijken. Hij beweerde dat de tas er niet stond. Leo besloot dan zelf maar in de auto te stappen met Thomas om naar onze oude hut te gaan. Na drie kwartier waren ze terug, inclusief tas! We hebben uitgebreid Lapse tapas en steak besteld in het restaurant en genoten van onze laatste avond.
Ondanks al het gezeur hebben we met elkaar gezellige en prachtige dagen gehad en sneeuwscooteren is een ervaring om nooit te vergeten!
Leave a Reply